Belangenbehartiging

Collectief maatwerk

  • Inclusief werken

Het decreet van 12 juli 2013 betreffende maatwerk bij collectieve inschakeling en diens uitvoeringsbesluiten regelen de erkenning en subsidiëring van de maatwerkbedrijven in Vlaanderen.

Collectief maatwerk is de integratie van de voormalig sociale en de voormalig beschutte werkplaatsen in eenzelfde regelgevend kader in Vlaanderen.

Lopende zaken

  • Onderzoek naar de indiceringen richting CMW en LDE

    Toeleiden van de doelgroepmedewerkers in Collectief Maatwerk en LDE

    Lees meer
  • Oproep proeftuinen samenwerking sociale economie-zorg gelanceerd!

    Vlaamse regering trekt 1,7 miljoen euro uit om samenwerkingsverbanden op touw te zetten tussen sociale economie ondernemingen en zorg- en welzijnsinstellingen

    Lees meer
  • BTW binnen sociale economie; Herw!n pleit voor behoud 6%-tarief

    De eeste fase van de bredere fiscale hervorming van Minister van Financiën Vincent Van Peteghem bevat het voorstel om de BTW-tarieven van 6% en 12% te harmoniseren tot een eenvormig tarief van 9%.

    Dit zou betekenen dat de goederen verkocht in kringloopwinkels en diensten geleverd door instellingen met een sociaal oogmerk (waaronder sociale werkplaatsen vallen) duurder worden voor de consument.

    Dit is onbegrijpelijk en valt niet te rijmen met de onderliggende doelstelling van de de hervorming om toe te werken naar een fiscaliteit die socialer en duurzamer is.

    Herw!n nam het voortouw in een brede coalitie van de vertegenwoordigers van de sociale economie binnen Vlaanderen en Wallonië om te pleiten voor het behoud van het 6%-tarief binnen de sociale economie.

    Lees meer
  • Administratieve vereenvoudiging in collectief maatwerk

    De belangrijkste wijziging betreft het persoonlijk ontwikkelingsplan.

    Het POP en wijzigingen ervan, moeten niet langer standaard worden geregistreerd in de databank van de VDAB. Het POP moet enkel nog worden geregistreerd naar aanleiding van een evaluatie, samen met het evaluatieformulier., uiterlijk 10 dagen voor het evaluatiegesprek

    Ook de inhoudelijke vereisten van het POP zijn lichtjes aangepast. Het POP moet niet langer een opgave bevatten van verbeteracties voor generieke en technische competenties, maar moet voortaan minimaal twee verbeteracties voor generieke of technische competenties vermelden.

    De diplomavereisten en werkervaringen voor de functie van sociale dienst zijn bij ministerieel besluit vastgelegd op 4 maart 2024. De vage notie ‘gelijkwaardig aan een bachelor sociaal werk’ krijg zo een meer concrete invulling. Je kan de lijst vinden in de FAQ.

    Daarnaast werd het startpakket bij wedertewerkstelling na doorstroom bepaald op 45% midden.

    Ook de omschrijving van uiterst kwetsbare persoon wordt aangepast. Het besluit vereist niet langer dat de persoon twee jaar niet-werkend werkzoekend is. Dit betekent dat ook andere vormen van inactiviteit in de toekomst kunnen volstaan om als uiterst kwetsbare persoon te worden beschouwd. De VDAB moet daartoe dan wel nog zijn administratieve instructies aanpassen.

    Tenslotte is bepaald dat, gelet op de recente harmonisatie van de RSZ-statuten, de erkenningen sociale en beschutte werkplaats tot uiterlijk 30 juni 2028 zullen worden behouden.

    De wijzigingen zullen in werking treden 10 dagen na publicatie in het Belgisch Staatsblad.

    Lees meer
  • Herverdeling contingent 2023

    Als je door de herverdeling contingent bij krijgt, gaat dat in op 1 oktober

    Lees meer
  • Mandaten doorstroomtraject

    De lopende doorstroomtrajecten worden verder gefinancierd na 1/1/2024. In de loop van 2024 zal VDAB een nieuwe oproep lanceren.

    Lees meer
  • Patrimoniumtaks: maatwerkbedrijven volgen regeling zorgsector

    De hervorming van de patrimoniumtaks zit er al geruime tijd aan te komen. De wet van 28 december 2023 houdende diverse bepalingen voert uiteindelijk de hervorming door.

    Ter herinnering, de patrimoniumtaks is een vorm van successiebelasting op het patrimonium van vzw’s. De belasting was tot voor kort een vlakke taks van 0,17% op de bezittingen van een vzw. De taks wordt nu een progressieve belasting volgens de volgende schijven:

    <50 000 EUR: vrijstelling
    50 000 EUR – 250 000 EUR: 0,15%
    250 000 EUR tot 500 000 EUR: 0,30%
    >500 000 EUR: 0,45%

    Het initiële wetsontwerp bevatte een neutraliseringsmechanisme voor de zorgsector. De progressieve tarieven blijven van toepassing, maar 62,3% van de waarde van de bezittingen werd vrijgesteld. Deze regeling werd tijdens de behandeling in het parlement uitgebreid met onder meer de maatwerkbedrijven. De regeling ook openstellen naar de volledige socio-culturele sector is echter niet weerhouden.

    Dit betekent dat de impact van de hervorming voor de maatwerkbedrijven onbestaand tot zeer beperkt zou moeten zijn, al wijzigt  de berekeningswijze van de taks wel. Voor voormalige LDE/MWA die geen maatwerkbedrijf zijn, is er géén uitzondering op de algemene regel.

    De nieuwe regeling treedt in werking vanaf 1 januari 2024 en zal dus van toepassing zijn op de aangifte die elk jaar voor 31 maart moet gebeuren. De aangifte moet dit jaar nog steeds op papier gebeuren. Meer info over de manier waarop je die aangifte kan indienen, vind je op de website van de FOD Financiën.

    Op de aangifte vermeld je best expliciet het totale bedrag van je bezittingen, en daarnaast het belastbare bedrag na de toepassing van de forfaitaire aftrek van 62,3%. Als reden voor de forfaitare aftrek mag je ‘maatwerkbedrijf’ vermelden. Ook het te betalen bedrag vermeld je best.

    Let op! je moet het te betalen bedrag storten, dit jaar ten laatste op 2 april 2024.

    Lees meer