FAQ

Welke subsidies ontvangen de ondernemingen vanuit het Fonds Sociale Maribel en wanneer?

Er zijn twee soorten subsidies vanuit het Fonds Sociale Maribel:

1. De subsidies die elke onderneming krijgt zonder voorwaarde van bijkomende tewerkstelling (SM I, II en III)

Elke werknemer die over een kwartaal minstens 33% prestaties (inclusief ziekte met gewaarborgd loon en vakantie) telt, wordt meegenomen in de berekening voor dat kwartaal. Het jaargemiddelde van het aantal tewerkgestelde werknemers in het tweede jaar dat voorafgaat aan het jaar van betaling vermenigvuldigd met 300,03 EUR is het bedrag van het voorschot dat elk kwartaal op het einde van de eerste maand wordt gestort.
In oktober van het jaar dat volgt op het jaar waarin de voorschotten werden betaald, volgt een afrekening op basis van de reële tewerkstellingscijfers.

Voorbeeld: maribelsubsidies I,II,III voor het jaar 2022:

Jaar Q1 Q2 Q3 Q4
2020  # werknemers ≥ 33% 100 102 98 105
Voorschot per kwartaal in 2022 = 101,25 X 300,03 = 30 378,04 EUR
2022 # werknemers ≥ 33% 105 107 98 105
Afrekening = 106,25 X 300,03 = 31 878,19 EUR
2023 + 1 500,15 EUR

 

2. De subsidie die ondernemingen kunnen krijgen als ze werknemers aanwerven in het kader van de uitbreidingsronde X

De subsidie is een tussenkomst in de loonkost van nieuw aangeworven werknemers. Met loonkost wordt het brutoloon (vakantiegeld en eindejaarspremie inbegrepen) en de werkgeversbijdragen bedoeld. Per VTE bedraagt de tussenkomst maximaal 45 000 EUR per jaar. Het voorschot dat per kwartaal wordt gestort bedraagt 90% van de maximale tussenkomst. Na afloop van het jaar (medio mei) wordt een afrekening gemaakt.

Voorbeeld: 1 VTE erkenning sociale maribel

 

Q1 Q2 Q3 Q4
Voorschot
(90% maximum)
10 125 EUR 10 125 EUR 10 125 EUR 10 125 EUR
Prestaties 100%

11 250 EUR

100%

11 250 EUR

80%

9000 EUR

95%

10 687,5 EUR

Afrekening = 42 187,5 – 40 500 = 1687,5 EUR